In Zweden kwam 47,9 procent van de verbruikte energie in 2010 uit hernieuwbare bronnen. Het is daarmee duidelijk koploper in de Europese Unie, zo blijkt uit cijfers van het Europese statistiekbureau Eurostat. In België bedroeg het aandeel hernieuwbare energie in 2009 amper 4,6 procent, maar voor 2010 heeft Eurostat nog geen cijfer.
De Europese Unie mikt op een aandeel van hernieuwbare energie van 20 procent tegen 2020 gemeten over de hele Unie. Er is nog een weg af te leggen, want in 2010 was hernieuwbare energie nog maar gEoed voor een aandeel van 12,4 procent.
Een Europese richtlijn legt individuele doelen op voor elke lidstaat. Voor België ligt de lat voor 2020 op 13 procent, voor Zweden op 49 procent.
Tussen 2006 en 2010 hebben alle lidstaten hun aandeel hernieuwbare energie in het energieverbruik zien toenemen. In Estland (van 16,1 procent naar 24,3 procent), Roemenië (van 17,1 procent naar 23,4 procent), Denemarken (van 16,5 procent naar 22,2 procent), Zweden (van 42,7 procent naar 47,9 procent) en Spanje (van 9 procent naar 13,8 procent) was de vooruitgang volgens Eurostat het grootst.
Bron: Standaard.be
Geen opmerkingen:
Een reactie posten