Een nieuw model suggereert dat harmonieuze muzikale intervallen een ritmisch patroon in bepaalde auditieve zenuwcellen stimuleren en dat aangename geluiden meer informatie dragen dan harde geluiden.
Sinds de tijd van de oude Grieken weten we dat twee tonen met gelijksoortige frequenties de meest aangename, of harmonieuze, muzikale intervallen voortbrengen.
Te denken valt aan de ratio 2:1 (een octaaf) of 3:2 (een reine kwint).
Dit effect is niet afhankelijk van muzikale training. Het was nog onduidelijk of harmonieuze akkoorden aangenamer zijn voor onze oren vanwege de manier waarop geluidsgolven samenkomen in de lucht of de manier waarop ons brein ze omzet in elektrische impulsen.
“We hebben ontdekt dat dit verschil het duidelijkst zichtbaar is op het niveau van onze zenuwcellen,” zei Yuriy Ushakov van de N.I. Lobachevsky Staatsuniversiteit van Nizhniy Novgorod in Rusland.
Ushakov en zijn collega’s gingen uit van een eenvoudig wiskundig model waarbij geluid op een bepaalde manier van de oren naar het brein beweegt. In hun model reageren twee zintuigcellen op verschillende tonen. Elke zintuigcel stuurt een signaal naar een derde zenuwcel, een interneuron of schakelcel genoemd, die het uiteindelijke signaal naar het brein stuurt. De interneuron wordt geactiveerd wanneer het een signaal krijgt van één of beide van de zintuigcellen.
De signalen van de zintuigcellen komen op hetzelfde moment aan wanneer de toon harmonieus is, waarna de interneuron eenmaal wordt geactiveerd. De schakelcel wacht vervolgens tot deze ‘opgeladen’ is totdat een nieuwe puls plaatsvindt. Het resultaat is een harmonieuze pulstrein.
Signalen van dissonante tonen komen daarentegen op verschillende momenten aan en genereren een onregelmatige pulstrein in de interneuron.
De onderzoekers gingen nog een stap verder en berekenden de hoeveelheid informatie die elk signaal draagt. Een willekeurig signaal draagt zeer weinig informatie, maar een signaal met een waarneembaar patroon draagt meer.
Van nature dragen harmonieuze noten meer informatie dan dissonante of disharmonieuze. Ze gebruikten dit om de hoeveelheid informatie van de pulstreinen die worden voortgebracht door harmonieuze en dissonante tonen te berekenen.
Dit maakt dat het model experimenteel kan worden getest. Neurofysiologen kunnen levende zenuwcellen bestuderen om te kijken of ze dezelfde hoeveelheid informatie in pulstreinen vinden.
“De schoonheid van hun werk is dat ze een analytische techniek hebben gebruikt om de intervallen tussen pulsen te berekenen,” zei André Longtin van de Universiteit van Ottawa in Canada.
Bron: Niburu.nl & Newscientist.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten